Spreekbeurt over Poolhonden

POOLHONDEN

Het leefgebied

Op de noordpool is het de meeste tijd van het jaar koud. Het is er vaak meer dan 30 graden onder nul. Maar toch is het er warmer dan op de zuidpool. Dat komt omdat de warme stromingen van de zee ‘s zomers een groot deel van het ijs laat smelten. Ook smelten dan bij de kust stukken ijs en sneeuw weg. Dan komen er kleine boompjes en plantjes te voorschijn. Zo’n stuk land is een toendra. Daar bij zo’n toendra komen `s zomers veel rendieren want op de toendra’s groeit ook mos. Dat mos wordt rendiermos genoemd omdat rendieren het mos erg lekker vinden.

Wie leven er nog meer?

Er leven nog veel meer dieren op de noordpool behalve de poolhond, bijvoorbeeld: de poolvos, het sneeuwhoen, de hermelijn, de walrus, de sneeuwhaas, enz., enz. Er leven ook rendieren, die lijken erg veel op herten maar rendieren zijn steviger gebouwd. Bij poolvossen en zilvervossen verandert de vacht: `s zomers is hij bruin en in de winter is hij wit. Zo heeft hij gelijk een goede schutkleur.

Eskimo’s (nomaden)

Er leefden al duizenden jaren mensen op de noordpool. Dat is bewezen, omdat er bij opgravingen veel voorwerpen werden gevonden, zoals: pijl en boog, speerpunten enz., enz. Degenen die rendieren houden in Noord-Siberië waren rondtrekkende herders. Zij gingen met hun kuddes mee, `s zomers naar het noorden en `s winters naar het zuiden. De herders leefden in tenten van de huid van rendieren. Ze aten ook rendiervlees, ze leefden zelfs van rendieren. Andere stammen leefden van de jacht. Ze jaagden op poolvossen en hermelijnen voor hun vacht die ze konden verkopen aan handelaren. Verder jaagden ze op ijsberen en sneeuwhoenders.

De poolhond

Er zijn verschillende poolhonden: de ene is goed geschikt voor de jacht de andere om de slede te trekken. De poolhond verschilt veel van de gewone hond want ze zijn steviger gebouwd en ze hebben sterkere botten dus lijken ze meer op wolven. Waarschijnlijk was de hond het eerste huisdier. Hoe dat gekomen is weten we niet, misschien haalden ze wel jonge wolven wel met opzet uit het nest, want ze zijn goed helpers bij de jacht, maar dan moeten ze wel eerst leren gehoorzamen.

De jacht

De poolhond is een goede jager. Door zijn goeie reuk heeft de poolhond het beest veel eerder in de gaten dan zijn baas. Net als de wolf zit hij het wild de hele tijd achterna tot het uitgeput is. Bij een beer gaat het anders: twee honden gaan de beer achterna ze bijten hem in zijn achterpoten, daardoor wordt de beer kwaad en gaat op zijn achterpoten staan. Nu kan de jager gemakkelijk schieten.

Waken

Sinds de hond bij de mens slaapt, heeft de mens er voordelen van, want in koude nachten konden ze de honden tegen zich aan drukken. Ook konden ze de honden laten waken tegen wilde beesten. Als er gevaar was beginnen de honden te grommen als waarschuwing en dan begint de hond te blaffen om hun baasje te waarschuwen. De poolhond is ook goed geschikt als herdershond. Hij houdt dan de kudde bij elkaar.

Familie

De poolhond is familie van de wolf, dus de familie van de hondachtigen. In deze familie hebben we ook jakhalzen en vossen. De herdershond en de poolhond lijken het meeste op de wolf. Er zijn ook verschillende soorten poolhonden en zoals ik al zei: de ene is geschikt voor de jacht en de andere is goed geschikt om de slede te trekken. De vacht is ook dikker of dunner en ze verschillen van gewicht (zwaarder of lichter). Ik noem nu een paar poolhonden op:

  • De Eskimohond. De Eskimohond is groot en sterk, dus vooral geschikt als sledehond.
  • De Samojeed is een goede herdershond. Hij is genoemd naar een Siberische volksstam. De kleur is meestal wit of crème.
  • De Karelische Berenhond is een goede jachthond. Hij jaagt op groot wild zoals beren. Zijn kleur is zwart met witte vlekken.
  • De Husky is goed geschikt om sleden te trekken. Hij heeft sterke botten en een goed uithoudingsvermogen. Kleur: grijs en gemengde wolfskleuren.
  • De Malamute komt uit Alaska en is ook een goede sledehond. Hij is groter dan de Husky en de kleur is verschillend, maar meestal grijs of zwart en wit.

Uithoudingsvermogen

De poolhond heeft een goed uithoudingsvermogen. Een span met tien honden kan 100 kilometer per dag afleggen en soms zelfs nog meer. Het gebeurde dat tien honden een vracht van 450 kilo in tweeënhalve dag 300 kilometer vervoerde. Een keer raakte een span met slede en al het water en daarna hebben ze nog 300 kilometer afgelegd en het was 20 graden onder nul en bovendien kwamen ze ook nog een sneeuwstorm tegen. Er was geen schade en er waren geen gewonden. Poolhonden slapen graag buiten Zelfs bij 45 graden onder nul slapen zouden ze nog niet bevriezen. Tussen hun tenen groeit ook haar tegen de vorst. Sledehonden worden tegenwoordig ook vaak gebruikt voor races. Een bekende race is de Iditarot race van bijna 2000 kilometer door Alaska. De bestuurder van een hondenslede heet een musher.

Voedsel

Je zou denken dat bij een nomadengezin met tien poolhonden dat dat heel wat vlees nodig hebben maar dat valt best mee want ze zij al tevreden met een klein stukje vlees. Daarom zijn ze ook erg geliefd bij de Eskimo’s. De poolhonden worden ook altijd het eerst verzorgd want zonder de poolhonden komen zij niet ver. Jagen wordt dan ook moeilijker want dan moeten ze gaan zoeken, en ze hebben niet zo’n goede neus als de poolhonden, en wie moet dan de slede trekken?

Jongen

Poolhonden paren twee keer in het jaar. Na negen weken worden de jongen geboren. Het zijn er meestal zes tot acht. Net als een wolvenmoeder haalt de moeder eten en braakt het uit voor de jongen. Zo hebben ze een kant-en-klaar hapje.

De Siberische Husky werd gefokt door de nomadenstam van de Chuci’s, een aan de Eskimo verwante stam uit het bekken van de Kolyma en de voet van het Cherski Gebergte. Het is een oud ras, dat jaren lang een dubbel rol had als sledehond en gezelschapshond. Het ras werd uit lokale rassen gefokt om een ras te krijgen met sterk uithoudingsvermogen en veel kracht. De precieze afkomst is onduidelijk. Het is een hond gebleven met prima werkeigenschappen en is een van de liefste varieteiten binnen de sledehonden zoals wij die hedentendage kennen.

Gebruik:

  •  Sledehond.

Activiteit:

  • De Siberische Husky is zeker geen hond voor een flat. Het ras staat bekend om zijn enorme uithoudingsvermogen en vereist derhalve veel beweging. Trainen met de slee is ideaal. Er zijn diverse mogelijkheden om ook in Nederland de sledehondensport te bedrijven.

Verschijning:

  • Algemeen: Middelgrote sledehond, snel en lichtvoetig, sierlijk van bewegingen. Harmonie tussen kracht, snelheid en uithoudingsvermogen. De Siberische Husky is een krachtige hond, die robuust toont. Het lichaam is niet te kort, met niet te brede diepe borst. Ribben goed gewelfd. Benen middelmatig lang met goed bot. Tamelijk korte hals.
  • Kleur: Alle kleuren en wit. Alle tekeningen toegestaan. Verschillende nuances grijs en tan en zwart met witte aftekeningen komen het meest voor. Typisch is het kap- en brilachtige masker.
  • Hoofd en schedel: Middelmatig groot hoofd, van boven enigszins rond en naar de ogen toelopend. Fijn besneden. Tussen de oren tamelijk smal. De middelmatig lange snuit is even lang als de schedel. Stop licht aangegeven. Ogen bruin of blauw. Een bruin en een blauw oog toegestaan maar niet gewenst. Oren middelmatig groot en staand.
  • Staart: Lang, over de rug gedragen. De staart is goed behaard en is juist onder de ruglijn aangezet. Een hangende staart is normaal als de hond aan het werk is of in rust verkeert.
  • Voeten: Ovaal.
  • Beharing: Middelmatig lang, zacht en dik met dichte, zeer zachte donzige ondervacht die niet te kort is.
  • Schofthoogte: Reu: 53 – 59 cm, Teef: 51 – 56 cm.

Aard:

  • Past zich gemakkelijk aan
  • Meegaand
  • Lief
  • Aanhankelijk
  • Vriendelijk
  • Schrander
  • Betrouwbaar