Spreekbeurt over Suikerziekte

Suikerziekten is een chronische ziekte. Dat wil zeggen dan je er niet meer van af komt. Er zijn 2 soorten suikerziekte. Diabetes type 1
Diabetes type 2

Ik ga het hebben over diabetes type 1. dit komt vooral bij jonge mensen en kinderen. Deze mensen zijn insuline afhankelijk. Dat wil zeggen ze moeten zich dagelijks zelf insuline spuiten

Om te rennen,spelen en denken heeft je lijf suiker nodig. Suiker zit in veel eten. Bijvoorbeeld in jam, koek, maar ook brood en aardappels. Je bloed brengt die suiker naar de cellen in je lijf. Om de suiker uit je bloed te halen heb je insuline nodig. Als je suikerziekte hebt. Kan je lichaam geen insuline meer maken dus moet je de insuline spuiten.

In de alvleesklier word insuline gemaakt. Als je lijf geen insuline maakt krijgt je te veel suiker in je bloed. Dit heet glucose. Je kunt ook zelf je glucose meten. Dit kan met een glucose meter

(laten zie voorbeeld)

om de glucose in je bloed op pijl te houden moet een diabeet voor het eten zelf de in insuline spuiten. Kort daarna kun je gaan eten. De hoeveelheid

insuline en de hoeveelheid eten heeft wel met elkaar te maken.

Als je bijvoorbeeld te weinig insuline uit en daarbij te veel eet krijg je een hyper.

(zie kaart rood hyper)

als je bijvoorbeeld te veel insuline spuit of te weinig eet krijg je een hypo.

(zie kaart blauw hypo)

een hyper betekent te veel glucose of suiker in je bloed

Tegenwoordig kun je insuline spuiten met een pen. Deze kun je instellen op de hoeveelheid insuline dat je nodig hebt

(de insuline spuit laten zien)

je spuit insuline altijd onder je vetlaag als je te diep spuit dan raak je misschien een spier of een bloedbaan. Hierdoor krijg je een hypo. Als je te ondiep spuit zit je in je vetlaag en word de insuline te langzaam opgenomen. Hierdoor krijg je een hyper. Je moet insuline spuiten voor elke maaltijd. Dus voor het ontbijt, voor middageten, voor het avondeten en voor het slapen gaan.

Dit is het allernieuwste op het gebied van diabetes. Hierdoor hoef je niet meer 4 keer te spuiten maar er zit een naaldje in je buik waar door je insuline krijgt.

Het naaldje moet elke 3 dagen vernieuwd worden. Als je een insuline pomp krijg moet je naar het ziekenhuis. Daar moet je een paar dagen blijven. Zo kan de dokter uitrekenen hoeveel insuline je nodig hebt voor een hele dag en nacht. Dit heet de basale hoeveelheid. Voor het eten moet je nog wel zelf insuline geven. Vroeger moest je voor het eten spuiten. Met een pomp heet dat dus bolussen.

(nu de pomp laten zien)

Als je een hypo hebt betekent dat je te weinig suiker in je bloed hebt. Je moet dan suiker eten bijvoorbeeld dextro.

Als je niet reageert op een hypo kom je in een soort coma. als dat te lang duurt kun je daar iets aan overhouden of zelfs dood gaan.

Als je een hyper hebt betekent dat je te veel suiker in je bloed hebt. Je kunt je bloedsuiker verlagen door extra insuline te spuiten of bijvoor beeld veel te bewegen als je gaat rennen of fietsen verlaag je ook je bloedsuiker. Als je niet op zou reageren op een hyper is dat heel gevaarlijk voor je organen. Die kunnen zoveel suiker in je bloed niet aan. Je kunt daarvoor blijven de schade krijgen bijvoorbeeld je nieren.