Spreekbeurt over de Zeehondencreche

Zeehondencreche

24 uur zeehondencrech

Al sinds 1971 staat men in de zeehondencreche klaar voor de opvang van zeehonden. De dieren zijn ziek , verdwaald of te vroeg hun moeder kwijtgeraakt.

Ze komen van de Nederlandse, Belgische of Duitse kust. Een enkele keer zelfs van de Zweedse, Schotse of Franse kust. In de zeehondencreche wordt met man en macht gewerkt aan de gezondheid van de zeehonden. Het doel is ze zo snel mogelijk weer in hun natuurlijke omgeving terug te zetten. Vierentwintig uur per dag, het gehele jaar door, staan Lenie ‘t Hart en vijftien vaste mdewerkers en een twintigtal vrijwilligers paraat.

Dag in dag uit is de zeehondencreche geopend voor bezoekers. Wie wat weten wil kan gratis een folder nemen en aan een van de medewerkers vragen stellen.

DE ZEEHOND

Van de 19 soorten zeehonden die er op de hele wereld zijn, leven er twee in de Waddenzee: de “gewone” en de “grijze” zeehond. De Waddenzee is een heel geschikt gebied voor de zeehond om te wonen: zandbanken om rustig te liggen en een zee vol vis. Daar zouden we dus heel zuinig op moeten zijn. Helaas wordt de rust steeds meer verstoord en het water -en daardoor ook de vis- meer en meer vervuild. Door die ver-

vervuiling worden de zeehonden sneller ziek, terwijl verstoring of storm er voor zorgen dat veel babyzeehonden hun moeder kwijt raken. Deze zieke en verdwaalde zeehonden worden in de zeehondencreche Pieterburen opge-

vangen en na behandeling weer teruggebracht naar zee.

Dat is natuurlijk niet een normale of natuurlijke situatie.

Doel

Het opvangen, behandelen en weer uitzetten van zeehonden.

Het voorlichten van het publiek over problematiek van de zeehond en zijn milieu.

Het doen van onderzoek naar oorzaken die van invloed zijn op de gezondheid van de zeehond en de groei; daarnaast naar bedreigingen van zeezoogdieren in het algemeen.

Zodra een zeehond op de creche in Pieterburen arriveert, wordt bij onderzocht door de dierenarts. Hij wordt gemeten en gewogen, er wordt bloed afgenomen. Dit materiaal wordt

onmiddellijk onderzocht. Na het onderzoek krijgt de zeehond zijn eigen ruimte, waar hij drie weken wordt verzorgd, voordat hij in contact met andere zeehonden mag komen. Goede voeding, goede verzorging en vooral heel veel rust vormen de basis voor een spoedig herstel.

Zodra een zeehond weer gezond is en voldoende gewicht heeft om zelfstandig te kunnen overleven, wordt hij weer uitgezet. Geen enkele zeehond blijft langer dan noodzakelijk in gevangenschap. Dit uitzetten is altijd weer een feest: het is de kroon op het werk van alle medewerkers. De zeehond is genezen en mag weer de zee in. Alle zeehonden krijgen een merkje in hun staartflap, om hen in de toekomst te herkennen.

Soms raakt een zeehond dit merkje echter kwijt, en daarom wordt de laatste jaren ook een chip met electronische informatie in het lichaam aangebracht.

DE CRECHE

Om haar werk goed te kunnen doen, is de zeehondencreche gebouwd en uitgerust als een ziekenhuis. Het werken met zieke en zwakke – en daardoor kwetsbare – dieren uit verschillende gebieden maakt een honderd procent betrouwbare quarantaine (afzondering) noodzakelijk: ziektes zouden anders overgedragen kunnen worden.Er zijn in de creche zeven quarantaine-ruimtes, die volledig van elkaar zijn gescheiden. Ze hebben een speciale luchtbehandeling en ook de waterzuivering is gescheiden. Ook de zes grote bassins hebben elk een zelfstandig waterzuivering- systeem.

Indien noodzakelijk kan in de creche van de zeehond een rontgenfoto worden gemaakt. En ook echo-scan apparatuur behoort tot het gereedschap van de dierenarts.

Daarnaast is er een aparte sectieruimte bij de creche, waar doodgevonden zeehonden, bruinvissen en dolfijnen door een patholoog (dokter die de doodsoorzaak onderzoekt) worden onderzocht, om voor zover mogelijk de doodsoorzaak vasttestellen.

Hoofdpunten

Om haar doel te kunnen verwezenlijken, is de Zeehondencreche op vele terreinen actief. Natuurlijk is de opvang een de belangrijkste activiteiten: het opvangen, verplegen en gezond weer uitzetten van dieren die -vaak door invloed van menselijke oorzaken in moeilijkheden zijn gekomen of ziek zijn geworden. Daarnaast is wetenschappe-

lijk onderzoek van groot belang; om na te kunnen gaan wat voor problemen zeehonden krijgen in hun leefmilieu,

en om te kunnen bepalen hoe die situatie kan worden verbeterd of opgelost.

En tenslotte is er de voorlichting, om zoveel mogelijk mensen op de hoogte te brengen van de problemen van de zeehonden en de resultaten van de diverse onderzoeken. Sinds een aantal jaren is daar ook een aantal buitenlandse activiteiten bijgekomen: zowel op het gebied van hulp bij opvang van bedreigde zeezoogdierensoorten over de hele wereld, maar ook op het gebied van hulp bij olierampen, waar zeezoogdieren slachtoffer van zijn geworden.

Oorzaak problemen

Er zijn veel omstandigheden waardoor een zeehond in moeilijkheden kan raken, dat hij zonder hulp niet verder kan. We kunnen drie groepen onderscheiden: huilers, zieke zeehonden en gewonde zeehonden.

Huilers zijn zeehondenbaby’s die hun moeder zijn kwijtgeraakt. Een zeehondenmoeder past heel goed op haar jong, maar door storm of een verstoring die paniek veroorzaakt waardoor alle dieren in verschillende richtingen wegvluchten, kunnen moeder en jong van elkaar gescheiden worden. Huilers zijn niet ziek, maar kunnen zonder hulp niet overleven.

Als gevolg van hun slecht werkend afweersysteem raken zeehonden door hun eigen kinderziekten soms zo verzwakt, dat ze niet zonder hulp verder kunnen. Wanneer deze zeehonden worden opgevangen, zijn ze meestal spoedig genezen.

Scheepsschroeven, netten en achteloos weggegooid afval vormen grote bedreigingen voor zeehonden. Jaarlijks wordt er een aantal opgevangen met diepe snijwonden, veroorzaakt door het vastzitten in netten of zelfs met botbreuken en diepe verwondingen dankzij scheepsschroeven.